• Stedemaagd

    2 december 2018

    De Maegd heeft al lekkere ‘Blancke Billen’, maar nog geen armen, benen, hoofd. Langzaam rijst de vrouw omhoog uit de zwarte boetseersmurrie. Haar stad heeft nog maar vijf huizen, maar breidt zich gestaag uit. Grote huizen, kleine huizen, raampjes, deuren, schuine daken. Nog heel wat te gaan. Bouwstenen voor een nieuw beeld met als thema 'de Stedemaagd'.

    Een maagd als verpersoonlijking van een stad of land is een motief dat al in de oudheid op Griekse munten terug te vinden is. In deze heidense tijd werd de stedemaagd vaak vergoddelijkt en dus als godin vereerd. Het motief is altijd blijven bestaan en in de renaissance werd het weer populair.

    Met Camerata Trajectina, het oude-muziekensemble waarin ik zing, komen we ze regelmatig tegen. Onlangs zongen we in het Oude Stadhuys van Gouda en daar pronkt een schilderij van J.I. de Roore uit 1743 met de Stedemaagd van Gouda. Ook Amsterdam heeft een imposante stedemaagd. Al bijna vier eeuwen heerst zij over de wereld, die aan haar voeten ligt in de vloer van de Burgerzaal van het voormalig stadhuis, nu het Koninklijk Paleis op de Dam. Passend, want vanuit Amsterdam voeren schepen de wereldzeeën over om kostbare handelswaar te verkrijgen. De stad was in de Gouden Eeuw het economisch centrum van de wereld. In de 19e eeuw kreeg Amsterdam zelfs nóg een Stedemaagd: een voornaam beeld aan de ingang van het Vondelpark. Van veel recentere datum is de Stedemaagd van Groningen op de Herebrug: een bronzen beeld van de hand van Wladimir de Vries uit 1953.

    Op onze CD 'De Vrede van Utrecht' kreeg de Stedemaegd van Ryssel zelfs een stem. We zongen een fel lied, een 'Zaamenspraak' tussen de stedemaagd van Lille en haar belager, de Prins Eugenius, in het lied voorgesteld als vurig minnaar. De vrouw beschermde haar stad en haar bewoners ten tijde van de belegering van Lille in 1708. Nee, zij raakte haar maagdom niet kwijt, de prins had het nakijken. Als een moederkloek stond zij pal voor haar burgers.

    Mijn beeld zal dus ook een beschermend gebaar moeten krijgen. Een staande vrouw met de stad aan haar voeten. Misschien houdt zij straks wel heel beschermend een huis in haar hand. Of vallen de huizen deels onder haar beschermende mantel.  Ik weet het nog niet. Zoeken, wikken, wegen. Langzaam verder bouwen aan mijn stad. Stap voor stap, steen voor steen.

     

     

     

    Lees meer >> | 639 keer bekeken

  • Het Alziend Oog

    4 november 2018

    Als je schept gebeuren er soms bizarre dingen… kijk maar eens naar deze foto. Die foto is een toevalstreffer, een klein vreemd wonder, gemaakt bij bronsgieterij Flassh. We waren die dag bezig met mijn vijverbeeld Schepping. Ik wilde natuurlijk weer het onmogelijke en had iets bedacht dat logistiek een puzzel bleek te zijn. Het leek me mooi wanneer het water uit de handen zou stromen en opgevangen zou worden in een grote ronde vijverbak van Cortenstaal. Maar erg veel ruimte om een waterleiding vast te lassen was er niet. Het was een enorm gepruts. De koperen leiding had bovendien een ander smeltpunt dan het brons, dus ook dat was een moeilijkheid bij het lassen. Na veel geploeter zat de leiding eindelijk in het beeld en waren we benieuwd of het ook echt zou werken. Op de buitenplaats van de gieterij sloten we een tuinslang aan. Hoe en met welke kracht zou het water door de handen stromen? Ontstond er een fontein? Moest het gat groter, kleiner? En wat zou er gebeuren als we een kristallen bol in de handen zouden leggen? Zou dat mooi zijn? Of stopte dan de waterstroom?

    We stonden er met z’n allen omheen en ja, het werkte, het water bleef stromen. Vastleggen dat moment: klik. Pas bij thuiskomst zag ik de foto, met dat vervreemdende oog dat mij aanstaarde. Hoezo Schepping? Een Oog…

    Sindsdien hangt deze foto ingelijst in de werkplaats bij Bronsgieterij Flassh onder de titel: Het Alziend Oog.

    Dat het ons maar weer tot nadenken stemt. Want niets is wat het is dat het lijkt. In ’t leven vindt men ’t Al.

    Schepping
    brons in stalen vijverton
    © Hieke Meppelink

     

    Lees meer >> | 710 keer bekeken

  • Herfstkarweitjes

    16 oktober 2018

    In mijn atelier is het weer de gebruikelijke chaos: moddersporen op de vloer en overal sjorbanden, steekkarretjes, sokkels, dekens, kussens en andere verpakkingsmaterialen. Kleine spinnetjes zoeken naarstig hun weg. Ze dachten te kunnen overwinteren in de oksels van mijn beelden, maar dat gaat mooi niet door. Elk seizoen is dit een terugkerend gegeven: in de herfst gaan de beeldentuinen dicht en worden de buitenexposities afgebroken. Hoewel het mooi weer was leek het alsof de beelden dit jaar zwaarder wogen dan anders. Het was zweten geblazen bij deze nazomerse temperaturen. Opruimen, schoonmaken, want een volgende winterexpositie in Limburg dient zich alweer aan. Zal ik een verhuisbedrijfje beginnen?

    Helaas is er tijdens het transport wat schade ontstaan: de fundering van de dirigent bleek in de Boedelbak kapot te zijn getrild, hij staat nu niet meer stevig op z’n voeten. En dat kan toch niet de bedoeling zijn, dirigenten behoren de rots in de branding te zijn. Het is gelukkig herstelbaar, maar wel weer een herfstklusje. Een heitje voor een karweitje zeiden we vroeger.

    Deze ochtend begon met het wassen van oren, ook zo’n leuk klusje. Muziekje aan dan maar. Het kunstwerk Ode aan de Stilte heeft een half jaar rondgedobberd in de vijver van Beelden in Gees en bevat een dikke laag alg en herfstbladeren in de oorschelpen.

    De ergste modder is nu van de sokkels. De natuur is een wrede sloper, mijn beelden hebben LT&C nodig: Love, Tender & Care. Het Belgisch hardsteen krijgt een laagje steenolie en de bronzen beelden worden schoongemaakt, vogelpoep en kalkresten worden verwijderd en ze worden weer eens goed in de was gezet, zodat het brons weer mooi gaat glimmen. Fijn werkje, het atelier ruikt naar koffie en verse boenwas.

    Een wonderlijk verschijnsel blijft het veranderlijke patina. Door de diverse weersinvloeden kan het oxideren soms verrassende cadeautjes geven. Vooral in beeldentuinen die dichtbij zee liggen ontstaat er aan het eind van het seizoen een groener patina door de zilte zeelucht. Toch is het omgekeerde helaas ook waar: dan zakt de intensiteit van de kleur in, ontstaan er vreemde verkleuringen en zit er niets anders op dan zandstralen en opnieuw patineren. Ik denk dat ik volgende week meer weer eens een ritje ga maker naar meesterpatineur Jordi bij bronsgieterij Flassh.

    Het hoort er allemaal bij. Herfstkarweitjes. Blaadjes rapen, beelden poetsen.

     

     

     

     

    Lees meer >> | 565 keer bekeken

  • Manusje van alles

    12 augustus 2018

    Als je beeldhouwster bent, wat ben je dan? Dan ben je ook:

    klusjesvrouw, staketselbouwster, modeltekenaar, mallenmaakster, gipsmengster, constructrice, metaalarbeider, sokkelontwerpster, schilder, materialenleverancier, magazijnmedewerkster, transporteur, chauffeur, fotografe, beeldbewerkster, publiciteitsmedewerker, administrateur, boekhoudster, producent, ondernemer.

    Oh ja, en ook nog: beeldend kunstenaar

    De kunst is om balans te houden tussen het creatieve gedeelte en alle nevenklussen. En dat is lastig, ik weet dat vele beeldhouwers hiermee worstelen. Om van A tot Z tot een beeld te komen zijn er nou eenmaal vele ambachtelijke stappen nodig. Voorzichtig ben ik begonnen met het uitbesteden van een aantal klussen. Een tijdlang had ik zowaar zelfs een eigen assistente. Dat is een enorme luxe en het schept creatieve ruimte. Want in diepste kern is dat toch waar het om gaat: in alle rust boetseren aan nieuw werk, creatief zijn, mooie dingen maken!

    Foto: mijn nieuwste fotostudio, een kleine investering om de beelden beter te kunnen fotograferen. Het was slechts van korte duur, want tijdens de eerste fotoshoot knalde al één van de lampen. Van die dingen dus....

     

     

    Lees meer >> | 725 keer bekeken

  • Vergankelijkheid

    1 juli 2018

    Ooit maakte ik deze twee torsjes, Man & Vrouw, en gaf ze aan een vriendin voor haar 50ste verjaardag. De mal van het mannentorsje vulde ik met paraffine, kreeg een lont en werd een kaars. Het vrouwentorsje maakte ik van chocola met een krokant laagje suiker. Op het doosje waarin zij samen lagen stond een leus: "Geniet van het leven, laat je lichtje schijnen, maar brand niet op". 

    Inmiddels is de vriendin 61. Het mannentorsje staat parmantig en fier overeind, het kaarsje is nog steeds niet aangestoken. Maar het vrouwentorsje is vergankelijk gebleken. De chocola is gaan brokkelen, het fondantlaagje laat een spoor van suikergoed na en de vrouwelijke vormen zijn langzaam aan het vervagen. Het is een stilleven geworden dat zijn eigen leven leidt.

    Eigenlijk vind ik deze twee torsjes steeds mooier worden. De tand des tijds laat duidelijk zijn sporen na. Ineens gaan deze beeldjes over vergankelijkheid. Het bittere is echter dat in het echte leven de man van mijn vriendin een tijd terug onverwachts is overleden. En dat juist zij nog steeds, ondanks al het verdriet, dapper en fier overeind staat. Het leven neemt soms trieste en meedogenloze wendingen. Af en toe steekt ze een kaarsje aan. Maar nee, natuurlijk niet het torsje. 

     

    www.hiekemeppelink.com/blog/

    Lees meer >> | 690 keer bekeken

  • Thema met variatie

    10 juni 2018

    In de muziek is het een bekend gegeven: gedurende een muziekstuk kan een melodie zich vermommen om later in een andere gedaante terug te keren. Composities zijn vaak net bouwwerken en wanneer je ze gaat analyseren ontdek je al gauw een architectonische structuur. Componisten spelen met harmonisatie en ritme. Ze stoeien met herhalende inzetten, zoals bij de canon of fuga of laten een melodie in kreeftengang terugkeren. Elke stijlperiode heeft zo zijn eigen wetmatigheden, om daar dan ook weer, met veel creativiteit, uit te willen breken.

    Wij beeldhouwers werken eigenlijk net zo. Ook wij ordenen onze bouwstenen, werken met thema’s, hebben te maken met vormherhaling, beeldrijm en ritme.

    Op het conservatorium was ik gefascineerd door het boek ‘Muziek in Grafiek’ van Cor de Man. Ik vond niets leuker dan naar een symfonie van Brahms of Schubert te luisteren en onderwijl met mijn ogen de grafiek van Cor de Man te volgen. Hij vatte de grote vorm van een muziekstuk samen op één bladzijde en verbond thema’s aan symbolen. Die visualisaties waren kleine kunstwerkjes op zich: ze bestonden uit een lange lijn vol kleurige blokjes, driehoeken en cirkels. Het maakte in één oogopslag de grote vorm zichtbaar. Feest der herkenning!

    Maar hoe zit het bij werken in oplagen? Dan is er letterlijk sprake van een herhaling van de vorm. “Is dat dan niet saai, Hiek?” Toegegeven, een nieuw beeld creëren is vele malen spannender. Maar ook bij hernemingen vind ik het een sport om creatief te blijven en te variëren, zodat elk exemplaar toch nét weer even anders wordt. Meestal werk ik in een oplage van maximaal 8 exemplaren, een limited edition. Deze oplage wordt van te voren vastgesteld en wordt, samen met de signatuur, in het brons gezet (1/8 tot en met 8/8). En aangezien elk exemplaar met de hand gemaakt wordt is er ruimte om te stoeien met structuur, modelé en eindkleuring. Voor de broodnodige variatie!

    Lees meer >> | 702 keer bekeken

  • De transformatie van Daphne

    27 mei 2018

    De boomstronken lagen voor het oprapen in het tuincentrum. Ze lagen in een grote bak op de vijverafdeling. Het bleken stronken kienhout te zijn, de enige houtsoort die niet drijft in water en dus geschikt is om in een vijverbak te leggen, ter decoratie tussen de kleurige zoetwatervisjes. De stronken waren grillig, kronkelig en zeer verschillend van vorm. Ja, daar kon ik misschien wel wat mee. Ik liep al enige tijd rond met het idee om iets te doen met Apollo en Daphne. Het lied ‘Doen Daphne’ van Starter zat voor de zoveelste keer als een stevige oorwurm in mijn hoofd. We zingen het vaak met Camerata Trajectina. In dit lied, uit de Friesche Lusthof, wordt Daphne achterna gezeten door Apollo en verandert – vlak voordat hij haar kan grijpen – in een boom. Apollo grijpt mis, kust de laurierboom en blijft met lege handen achter. Oorspronkelijk is het een mythologisch verhaal uit de Metamorfosen van Ovidius.

    Ik zocht in de bak, legde alle stukken kienhout naast elkaar en vergeleek. Al snel had ik mijn ideale boomstronkvrouw gevonden. Het leek me een symbolische daad om het transformatieproces in omgekeerde volgorde tot stand te laten komen. Waar Daphne in het lied vervormd wordt in een boom, zo wilde ik me laten leiden door de boomstronk en die vervormen tot een beeld van een vrouw. .

    Maar …. zou het wel gaan? Want wat doet het vuur met haar? Na een telefoontje met de bronsgieter stond het sein op groen: ja, hij dacht wel dat het zou gaan met dat kienhout, mits niet te dik en mits ik voldoende boetseerwas zou toevoegen. Want alleen dan zou het hout vlam vatten en volledig verbranden tot as. Er mocht geen greintje zwarte houtskool ontstaan in de gietkanalen, waarin uiteindelijk het brons zou worden gegoten.

    Ik ging aan de slag. En in een mum was ze geboren, mijn Daphne. Het hout leidde direct naar haar vrouwelijke vormen en daarna kon de echte transformatie beginnen: het beeld vatte vlam en veranderde in brons. En Apollo? Die had deze bronzen boom vast graag eens gekust.

     

    “Doen Daphne d’overschoone Maegt
    Van Apollo haer vlucht nam ten Bosschewaert in.
    En van hem snel wierd naegejaeght.

    Kuysche Diana komt, bid ick, vervormt ghy
    Stracx deze schoonheyt, verhoort doch u maeght.

    Daermede wierd Daphne vervormt in een boom.”

    (Lied uit de Friesche Lusthof van Starter)

     

    Titel: Apollo’s Daphne

    Materiaal: brons

    Afmeting: 28 x 16 x 14 cm

    Sokkel: zuil van Belgisch hardsteen 6 x 6 x 120 cm

    Oplage: 2 van 8

     

    Lees meer >> | 751 keer bekeken

  • De fotograaf die een profeet werd

    6 mei 2018

    Louis, een Haarlemse fotograaf, poseerde regelmatig en had een markante kop. Hij was een opvallende verschijning: altijd een saffie in de hand, een grote camera om zijn nek, broodmager, een kromgebogen rug, ingevallen wangen en diepe groeven in zijn gezicht. Met zoveel troeven leek het een kat in het bakkie en dus begon ik welgemoed de klei op het staketsel te drukken. Maar het lukte voor geen meter. Ik kreeg de essentie niet te pakken, het leek totaal niet en na drie sessies besloot ik de handdoek maar in de ring te gooien. Dag Louis, jammer, het wordt niks, bedankt voor het poseren.

    Maar na een maand begon het toch te knagen. Ik besloot Louis Louis te laten en vond dat het ‘zomaar iemand’ mocht worden.  Ik maakte daarbij echter een veel voorkomende beginnersfout: ik voegde steeds meer klei toe en haalde te weinig weg. De kop groeide en groeide en werd uiteindelijk kolossaal. Jeemig, waar ging dit heen? En wie maakte ik eigenlijk? Geen idee. Maar heel langzaam begon zich toch iets af te tekenen. En ineens, op een dag, ontstond er een verbinding, was er een aha-erlebnis, een inzicht: hé… dit lijkt wel…. dit wordt Elias, de profeet, de ziener! Ik hoorde plotseling de aria ‘Es ist genug’ in mijn innerlijk oor. In deze prachtige basaria, uit het oratorium Elias van Mendelssohn, loopt Elias vol vertwijfeling en wanhoop de woestijn in. Hij ziet het niet meer zitten. En zingt: “Es ist genug! So nimm nun Herr, meine Seele. Ich bin nicht besser, nicht besser denn meine Väter”.  En toen wist ik: dan moeten zijn ogen dus nog gesloten blijven in dit portret. En zo werd de ziende fotograaf een blinde profeet.

    Ik zat er mooi mee. Want hoe nu verder? Hoe mal je een profeet? Ik had bovendien geen geld om zo’n grote kop in brons te laten gieten. Uiteindelijk werd het gietsteen en gingen er vele, vele liters mortel in Elias. Het beeld staat nog altijd, als een trouwe wachter, in de vensterbank van mijn atelier. En als ik dan weer eens te lang door dreig te gaan kijk ik even naar die kop en denk: kom, naar huis. “Es ist genug”.

     

    Lees meer >> | 703 keer bekeken

  • Dromenvangster

    29 april 2018

    Inspiratie is een wonderlijk gegeven. Meestal ontstaat ze in het sluimergebied tussen droom en werkelijkheid. Net na het ontwaken buitelen de associaties over elkaar heen en ontstaan er ideeën voor nieuwe beelden. Het gaat snel, want in een oogwenk staat een beeld op mijn netvlies en drie seconden later is er alweer iets anders geboren. Maar om die gedroomde beelden vervolgens te kunnen grijpen en realiseren is een heel ander verhaal. Dan gelden de wetten van de zwaartekracht.

    Inspiratie betekent letterlijk: inademing, inblazing. In de Griekse Oudheid werd inspiratie toegeschreven aan een god of aan de muzen. Voor mij is het vaak de muziek die een diepere laag aanboort en mijn visuele ideeënstroom voedt. En dan ontstaat er een gretigheid, een ontembare haast om iets ook daadwerkelijk te willen maken.

    Soms overvalt mij een gevoel van ongeduld: gauw, grijp deze energiestroom! Maar de weg om een beeld te realiseren is vaak lang en een mens heeft nog meer pijlen op zijn boog. Sommigen ideeën belanden eerst in een klein schriftje: een verzameling van onuitgewerkte associaties en kleine schetsjes.

    In het beeld de Dromenvangster was de droom aanvankelijk van bergkristal. Ik vond dat een mooie symboliek voor de ongrijpbaarheid ervan: iets proberen te pakken wat je misschien niet pakken kan. Maar de realiteit was dat het al snel zou losraken en uit het handje zou vallen. Zie je wel, dromen kun je niet vangen! In werkelijkheid gelden nu eenmaal de wetten van de zwaartekracht. En dus heb ik een concessie gedaan: het bolletje is meegegoten in brons en daarna verguld met bladgoud.

    Niet alle dromen komen uit. Maar een gouden droom najagen is toch ook best de moeite waard. Toch?

    Titel: Dromenvangster

    Materiaal: brons & bladgoud

    Oplage: 1 van 8

    Expositie: Beeldentuin Marienheem

     

    Lees meer >> | 692 keer bekeken

  • Anima mundi

    1 april 2018

    Het heeft even geduurd, maar eindelijk is dit beeld helemaal af. Soms zit het mee en soms zit het tegen. De las waarmee de vrouw aan de bronzen bol zat bleek uiteindelijk in het atelier toch te zwak. Bij het plaatsen op de sokkel ontstond een scheur. Voortijdig wegvliegen? Dat kan toch niet de bedoeling zijn! En dus moest het beeld opnieuw naar Friesland om te worden hersteld. Bij het opnieuw lassen ontstond gelijk weer een ander euvel: een akelige donkere plek op het lichtgroene patina. Gelukkig kon ook dit weer hersteld worden en is de bol weer op kleur gebracht, zodat het fraaie patina behouden is gebleven. En nu zit het als een huis, je kunt er zelfs aan hangen. 

    Het is een groter beeld geworden dan ik doorgaans maak. Met een afmeting van 83 bij 70 cm weegt deze lichtvoetig verlangende vlucht zo'n 33 kilo. Het is alsof de aarde extra trekt aan dit beeld. Het is de realiteit, beeldhouwen is soms ploeteren en worstelen met de wetten van de zwaartekracht. En zo is het ook met het leven. We verlangen, dromen en streven, soms zit het mee en soms zit het tegen. 

    Ik heb het beeld Anima mundi genoemd, naar het Griekse ψυχή κόσμου, wereldziel. Volgens sommige antieke filosofen zou alles in de wereld doordrongen zijn van deze ‘anima’. Men veronderstelde zelfs dat alle dingen van welke materie ook bezield konden zijn, net zoals de ziel een mens ‘animeerde’.  

    Op de aardbol staan ingekerfde oertekens uit een ver verleden. We komen en gaan, zijn verbonden met onze historische roots, maar reizen verder, verlangend naar een nieuwe toekomst, dromend, vrij. Uit oud wordt weer nieuw geboren.

    Overmorgen gaat het beeld naar Beeldentuin Mariënheem. Ei gelegd.

    Vrolijk Pasen!

    Titel: Anima mundi

    Materiaal: brons

    Afmeting: 83 x 70 x 42 cm

    Oplage: 1 van 8

    Lees meer >> | 684 keer bekeken

  • Meer blogs >>